Erik ten Hag is erg blij met de ontwikkeling van zijn team dit seizoen. Ajax staat er uitstekend voor in de competitie en heeft de kwartfinales van de Europa League en de finale van de KNVB Beker bereikt. 2021 is vooralsnog een goed jaar, maar aan het eind van 2020 ging het een stuk moeizamer. “We misten toen Neres, Kudus en de spitspositie was niet bezet”, zegt hij in VI. “Dan ben je beperkt, zeker in de Champions League. En zo hoog moet de lat voor ons liggen, op Champions League-niveau. Dan moet dus alles meezitten. Nu hebben we wel weer keuzemogelijkheden en hebben een aantal spelers zich heel goed ontwikkeld.”

Eén van die spelers is Ryan Gravenberch die in media wordt bewierookt. Ook door Ten Hag zelf, maar hij blijft kritisch en probeert iedereen scherp te houden. “Hoe fantastisch hij ook speelt, hij laat toch ook nog vaak zijn tekortkomingen zien. Punten waaraan hij moet werken. Dan vind ik het elke keer weer heel mooi, dat hij het toch weer om weet te zetten. Vorig jaar had ik het erover dat hij betrouwbaar moest worden, daar heeft hij nu grote stappen in gemaakt. Dat doet hij nog steeds. Dat gaat over details, maar het is mooi dat ze daar energie van krijgen en elke keer weer mee aan de slag gaan. Dat is mooi om te zien; mooi voor de speler, maar natuurlijk ook voor het team. En voor de trainer, want we krijgen zo een beter team.”

Dat team kan volgend misschien wel nog beter zijn als Ajax kampioen wordt en zich plaatst voor de Champions League waarmee er weer geld vrijkomt. Ten Hag wil echter niet op de feiten vooruit lopen. “Dan moet ik in de toekomst kijken. Natuurlijk kijken we nu naar de korte termijn, daar doe je het allemaal voor. Voor prijzen. En als het dan een succes wordt, dan kan dat een versnelling in dat proces betekenen. Dan kunnen we volgend jaar een nóg beter team hebben.”