Lucas Andersen kwam op 18-jarige leeftijd naar Ajax en stond te boek als een groot talent. De Deense spelmaker, momenteel spelende voor Aalborg BK, blikt op de clubsite van Ajax terug op zijn tijd in Amsterdam. “De periode bij Ajax heeft me als voetballer, maar ook als mens echt vormgegeven”, vertelt de 26-jarige aanvallende middenvelder. “Ik kwam binnen als jongen van net achttien jaar en om dan bij zo’n grote club als Ajax aan te sluiten, was echt een enorme stap.”
De club maakte al snel grote indruk op hem en hij leerde veel. “Een echte winnaarsmentaliteit, daar heb ik heel veel aan gehad. Het ging niet alleen om winnen, het moest ook gepaard gaan met mooi spel. Dat stukje extra had ik nog nooit eerder meegemaakt.” Andersen maakte al snel furore bij Jong Ajax en maakte in zijn eerste jaar in Amsterdam al zijn debuut in het eerste elftal tegen FC Groningen. Uiteindelijk speelde hij 53 officiële duels in het Ajax-shirt.
Frank de Boer gaf hem met regelmaat een kans, maar door wisselvallig spel bleef een echte doorbraak uit. “In mijn eerste seizoen waarin ik veel speelde, werd Ajax voor het eerst in vier seizoenen geen kampioen. Dat was natuurlijk een moeilijk moment. Ik kwam niet echt in een winnende flow. Uiteindelijk ben ik een jaar naar Willem II gegaan om meer, en in een iets andere rol, te kunnen gaan spelen. Dat was een ontzettend leuk seizoen en ik speelde goed.”
Andersen keerde na zijn succesvolle seizoen in Tilburg terug in Amsterdam, maar wilde vertrekken. Een beslissing waar hij achteraf nog enigszins spijt van heeft. “Ik ben niet vol voor mijn tweede kans bij Ajax gegaan. Dat is het enige waar ik soms nog met lichte spijt op terugkijk. Ik was misschien iets te trots om genoegen te nemen met een rol als reserve bij mijn terugkeer. Ik had moeten proberen om mezelf terug te vechten in het eerste.”