Ronald de Boer vindt dat het aankoopbeleid van Ajax nog niet optimaal rendeert. De Amsterdamse club spendeert meer geld aan spelers, maar de voormalige Ajacied vindt dat je dat op het veld nog niet kunt terugzien.
“In de tijd dat mijn broer Frank trainer was in Amsterdam, lag bij aankopen de absolute grens bij zes miljoen euro. En dat alleen in een geval van hoge uitzondering”, schrijft De Boer in zijn column in Voetbal International. “Voor een dergelijk bedrag is het vrijwel onmogelijk een speler te kopen die beter is dan wat er in de opleiding rondloopt. Voor de talenten op De Toekomst was dat beleid goed nieuws: het vergrootte hun kansen op speeltijd in de hoofdmacht en die kregen ze ook van Frank.”
De huidige trainer van Crystal Palace kocht onder andere Mike van der Hoorn, Nemanja ‘Kan de beste middenvelder ter wereld worden’ Gudelj en Kollbein Sigthorsson. “Tegenwoordig wordt het dubbele neergelegd voor David Neres, een aanvaller die net een paar wedstrijden in de Braziliaanse competitie heeft gespeeld. En vijf miljoen voor Mateo Cassierra. Ik ben nog steeds niet overtuigd van hun meerwaarde, terwijl toptalent Václav Cerny op de vleugels nu buiten de boot valt.” De voetbalanalist gaat voorbij aan de transfers van Davinson Sanchez en Hakim Ziyech.